zondag 26 december 2010

SVW 100 jaar: De oprichting – Hoe het begon (1 juni 1911)



Voordat Willem de Boon, Jan van Dorst, Job van de Berg, Eim van den Berg en Adriaan Pijk op 1 juni 1911, op de stoep van de toenmalige snoepwinkel van de heer A. van Dorst, de handen inéén hadden geslagen, door te besluiten “Wilhelmina” op te richten, was er door de N.V.B. (de huidige K.N.V.B.) reeds ontzettend veel pionierswerk verricht.
Uit de annalen van de bond blijkt namelijk, dat op 21 januari van datzelfde jaar, de Onderafdeling Dordrecht werd opgericht, onder voorzitterschap van de heer P.H. v/d Hoek. En dat de D.V.B. stimulerend werkte, door dat vele “straatmetsers” (straatvoetballers) zich organiseerden, door zich gegroepeerd in te schrijven, behoeft geen betoog.
Natuurlijk waren de overlevingskansen niet altijd even groot, hetgeen valt op te maken uit het feit dat in het 75-jarig jubileumjaar 1986 er nog maar 14 verenigingen uit 1911 zijn overgebleven die deze bijzondere mijlpaal konden vieren.
Onder voorzitterschap van de heer J. Warner telde de N.V.B. in 1911 9.000 leden. Een aantal hetwelk is aangegroeid tot inmiddels meer dan een miljoen.

Hoe “Wilhelmina” ter wereld kwam
In het verlengde van het organiseren, zoals hierboven staat weergegeven, ging het feit van elkaar vinden vooraf. Dit ging gepaard met een soortement van herkenning, welke Willem de Boon en zijn maten terugvonden in een unieke uitverkoop van slaapmutsen. Een magazijn aan de Arkelstraat “De Duif” geheten, hield deze uitverkoop à fl. 0,02 (twee cent), waarop de jongens de letter W borduurden.
Voetballend op het Melkpad verzamelden zich steeds meer jongens, waarna een elftal kon worden gevormd.

Kapitein Colette: leider van Volksweerbaarheid
De wat ouderen onder u weten zich nog wel de betekenis te herinneren welke Gorcum had als garnizoenstad. De Willemskazerne was daar een toonbeeld van.
Er was één barmhartige kapitein die het maar niets vond dat voorzitter Cees Muller zijn elftal de voetbalsport liet bedrijven met een tennisbal. Hij doneerde “Wilhelmina” dan ook een echte lederen bal, waardoor de ruiten van het aangrenzende hotel restaurant Metropole gevaar liepen.
Gemetst werd er vanaf dit moment aan de Bagijnenwal, alwaar “buurtklupjes” hun opwachting maakten.
Men besloot later in 1911 ook het terrein bij de molen aan de Bagijnenwal te verlaten en de voorlopige nieuwe voetbalstek aan de Krinkelwinkel te zoeken. Hier gingen dan eindelijk de officiële voetbalwedstrijden van start, waarbij de spelers de witte broek en rood-wit gebiesde trui verdedigden tegen o.a. een Leerdamse vereniging en één uit Sliedrecht.
De reis per spoor bedroeg fl. 0,15 (vijftien cent) per persoon voor wat betreft de uitwedstrijden, terwijl de contributie per week fl. 0,05 (vijf cent) bedroeg.

De wedstrijden werden allemaal omgezet in een overwinning. De samenstelling van dit bewuste elftal was:

Doel: C. Muller
Achter: M. de Gelder, C. Aanen
Midden: A. Smits, T. Sterkman, E. v.d. Berg
Voor: W. de Boon, C. van Weyl, A. Pijl, Chr. Van Brouwershaven en A. Dijkers

Ondertussen had men zich in laten schrijven bij de D.V.B. na in café Wed. Bron, indertijd gelegen bij de sigaren fabriek van Smits, diverse vergaderingen te hebben belegd over de toekomst, en gelijktijdig werd Steeds Voorwaarts aan de naam “Wilhelmina” verbonden en zo ontstond de naam S.V.W. Enige leden van buurtvereniging “Neptunes” werden ingelijfd, waarvan “den Bok” (A. Aanen) en C. van Dorst blijvertjes waren.

Had men het terreintje bij de Fortuna geschikt bevonden om op te spelen, binnen een paar weken werd ook dit trapveldje weer ingewisseld en wel voor het exercitie-terrein, dat wel niet ideaal maar toch aan de niet al te hoge eisen van die tijd voldeed. Met de eerste competitie kon worden aangevangen.

Inmiddels waren er weer nieuwe leden bij gekomen. D. v.d. Ham, J. van Dorst, B. Verschoor, J. Mans en A. Valk versterkten Steeds Voorwaarts Wilhelmina.

Een uitwedstrijd betekende vijf voor zeven met de trein mee
En welke jonge voetballer kwam er na een zware werkweek op zondagmorgen om 6 uur uit zichzelf zijn bed uit? Geen punt! Er waren 2 porders aangewezen die dit karwei klaren moesten: namelijk Gerard Groenenberg en “de Bok” A. Aanen, kregen de naam van “kloppers”, terwijl oprichter Willem de Boon werd aangesteld als ballenbewaarder. De inzet werd beloond dat voetbalseizoen en de kampioensvlag ging na een beslissende wedstrijd tegen Columbia (2-1 winst) in top. Café Rijnhout aan de Kalkhaven werd opgezocht om het behaalde kampioenschap te vieren.

Na dit kampioenschap van de 3e afdeling der D.V.B. kwamen nieuwe leden S.V.W. versterken, o.a. de gebroeders Den Adel, H. Klitsie en H. Jansen. Wederom werd ook het seizoen 1912/1913 na een spannende strijd met S en S en jawel toen reeds O.S.S. het kampioenschap binnengehaald van de 2e klasse D.V.B.
Wijziging van de horizontale strepen in de huidige verticale strepen vonden plaats aan het begin van het seizoen 1914/1915 en S.V.W. telde in 1914 24 leden.

Seizoen 1914 / 1915
Dit seizoen leverde S.V.W. weer nieuwe leden op als Bas Kouwenhoven en Aart de Boon. Ditmaal geen 1e plaats, maar een verdienstelijke tweede. Voorzitter Muller maakte plaats voor Cees Teuling (S.V.W.’s 2e voorzitter).
De mobilisatie, welke inmiddels zijn intrede deed, had tot gevolg dat het ledenaantal iets terugliep, ondanks de aanwas van nieuwe leden. Spelers zoals Jan Ducardus, Bertus Rousse, Jan Snoek en Henk Klein sloten zich in onze rijen aan. Nood-competities volgden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten