zondag 26 december 2010
SVW 100 jaar: Opening Sportpark Mollenburg (augustus 1963) - SVW-ers geven een groots voorbeeld van echte clubliefde
Door Clubliefde. Juist. Alleen dáárdoor heeft de Gorinchemse voetbalvereniging SVW voor een groot deel een sportcomplex neer kunnen zetten, dat zijn weerga in de verre omtrek niet kent. Een amateurclub –en nog niet eens zo’n hele grote- heeft in twee jaar iets fenomenaals verricht. Eigen leden van SVW bouwden aan het Sportpark “Mollenburg”: een kleedlokaal, een tribune, en… een juweeltje van een kantine. Alsjeblieft!
Nog zien we twee jaar geleden voorzitter Den Uyl moeizaam de eerste paal van de veldomrastering in de grond slaan. En onwillekeurig dacht men toen: “Tsjonge, wat moet er van deze woestenij terecht komen?” Welnu, het resultaat van onverdroten arbeid, van nimmer aflatende ijver en van taai doorzettingsvermogen kan men zaterdag a.s. aanschouwen als het sportcomplex officieel wordt geopend. Dan is het grote werk van SVW af, dan kunnen vele SVW-ers zeggen: “Kijk, dat hebben WIJ gemaakt”, dan vinden ze het welletjes na twee jaar, dan gaan ze weer voetballen.
Eigen home
Twee jaar. In die tijd is er veel veranderd. Van een grote vlakte is “Mollenburg” geworden tot een modern sportpark. GKV, Raptim en SVW hebben nu hun eigen home. Toen SVW de velden kreeg toegewezen (binnenkort krijgt men zelfs een derde), begon men onderling druk te overleggen. Jaren had men een accommodatie gehad waar men zich –laten we eerlijk zijn- een beetje voor geneerde. Kleedlokaal en kantine waren schamele hokken, die verveloos op betere tijden wachtten. Ook het bezit van slechts één veld was eveneens geen aanleiding de borst op te zetten. Nu de kans zich voordeed om zich geheel in het nieuw te steken moesten de zaken maar eens fris worden aangepakt.
Bouwcommissie
Dat gebeurde. Er werd een bouwcommissie benoemd met de heren Van Mourik, Romijn en van Gelderen (de laatste kreeg de supervisie), die ging onderzoeken wat wel en niet mogelijk was. Eerst werd met behulp van een paar mannen het hoofdveld met dikke palen omrasterd. Maar er moest meer gedaan worden. Veel meer. En met het groeien van de werkzaamheden groeide ook de animo van de SVW-ers. Het werkte als een sneeuwbal. Iedere avond kwamen na het werk van alledag zich meer mensen opgeven om mee te helpen. Toen kwam de vrije zaterdag: het werk schoot nog vlugger op.
Oude loods
Het kleedlokaal, een oude loos van Philips, wisselde van terrein en werd stevig in de verf gezet. De tribune werd door een montageploeg van een Gorcums bedrijf uit zijn voegen gelicht en eveneens naar “Mollenburg” overgebracht. Er kunnen 500 mensen op zitten. Langs de drie andere zijden van het hoofdveld kwamen staantribunes. In totaal kunnen nu ongeveer 7000 toeschouwers een plaatsje langs de lijnen vinden.
Dat kleedlokaal ziet er werkelijk fantastisch uit. Vier ruime vertrekken (compleet met gordijntjes), twee grote wasgelegenheden, een scheidsrechterskamer en een bergruimte completeren het geheel.
Vanuit dit gebouw heeft men een directe toegang tot zowel het hoofd- als het bijveld. De kantine, die tijdelijk in het kleedlokaal was ondergebracht, vervalt met het gereedkomen van de gloednieuwe kantine. Het wordt nu een bergruimte.
Kantine
Het mooiste, het indrukwekkendste van dit gehele SVW-complex is zonder twijfel de splinternieuwe kantine. Deze bevindt zich achter de tribune en het front is naar de grote parkeerplaats gericht. Vorig jaar zomer gingen 36 palen (houten) de grond in en werd de fundering gelegd. Dat heeft men door een aannemer laten doen evenals de ruwe bouw. Maar dat is dan ook met recht het enige wat ‘vreemde’ handen aan dit indrukwekkende gebouw hebben gedaan. De gehele betimmering, de aankleding en noem maar op: het is allemaal het werk van eigen mensen. Zelfs het bakken van de 50.000 kalkzandstenen!
In de kantine zelf bevindt zich een bar van 14 meter lengte, komt straks een biljart, staan honderd stoelen en 14 kleine en 2 grote tafels. Zijn drie prijzenkasten in de wand ingebouwd en geven blauwgroene gordijntjes een gezellige, intieme sfeer.
Stille werkers
De man die dit allemaal heeft uitgedokterd, is allerminst een amateur. De heer J.C. van Gelderen heeft de tekeningen en de plannen gemaakt. Zonder de heren Van Mourik en Romijn en de vele Stille Werkers ook maar iets te kort te doen, kan met gerust stellen, dat hij het leeuwendeel van het vele werk voor zijn rekening heeft genomen. Hij had ook de verantwoording, de supervisie. Iedere avond, ieder vrij moment was hij op “Mollenburg” te vinden. Hij scheen met vele anderen blijkbaar onvermoeid. Ja, na twee lange jaren is het voorbij. De arbeid is gedaan. De Stille Werkers trekken voldaan huiswaarts. Maar zij keren terug. Want de zelfwerkzaamheid, die zij nu betoond hebben, zit de SVW-ers in het bloed. Een zelfwerkzaamheid die kans ontstaan als clubliefde aanwezig is. Echte clubliefde.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten